De digitale ontwikkelingsreis van Gräper Almere, structuur na snelle groei

Gräper Almere is een belangrijke Nederlandse vestiging binnen de Gräper-groep, een familiebedrijf met ruim duizend medewerkers en 120 jaar geschiedenis. Het bedrijf levert oplossingen voor energiedistributie, met name transformatorstations en aansluitkasten voor netbeheerders. Ze richten zich vooral op grote energiebedrijven en industriële klanten die betrouwbare, veilige en schaalbare infrastructuur nodig hebben om elektriciteit te verdelen en aan te sluiten. Ze werken voor grote netbeheerders en zien dat de vraag vanuit de vrije markt ook hard stijgt. Ongeveer een derde van de groep bevindt zich in Nederland. De vestiging in Almere groeide de afgelopen vijf jaar van zeventig à tachtig medewerkers naar ruim 160, en gaat nu al richting de 200. Die groei brengt kansen, maar ook wrijving.

26 november 2025 6 min

Richard Butz, directeur van Gräper Almere, zegt daarover: “In een kleine organisatie spreek je elkaar elke dag. Als je zo snel groeit, werkt iedereen nog op de oude manier. De informatiestroom stokte, er ontstonden fouten en niemand zag nog het totaalplaatje.”

Eerste stap: helder krijgen waar het bedrijf staat

Via brancheorganisatie FME kwam Gräper in contact met EDIH Digital Hub Noordwest. Richard: “We spraken met Digital Business Developers Amber en Annemarie: wat kan ons helpen om de boel te structureren? Hun antwoord was duidelijk: begin met een Digital Maturity Assessment (DMA).”

De DMA-scan maakte meteen zichtbaar dat er veel potentie lag. De basis was aanwezig, Gräper maakte al gebruik van moderne ERP-software, cloudopslag en had cybersecurity en certificeringen op orde. Maar de processen waren versnipperd, papier was nog te dominant en teams werkten langs elkaar heen.

Gräper miste overzicht. Waar werkt men eigenlijk aan? Welke projecten lopen? Wat is urgent? En wie gaat er eigenlijk over?

 

Van inzicht naar structuur

Na de scan volgde een Digital Development Plan dat samen met de ICT afdeling, FME en experts van de Digital Hub Noordwest werd opgesteld. Voor Gräper was dit geen plan om in de la te leggen, maar een manier om de chaos te ordenen. Richard: “De grootste mijlpaal was niet een technische oplossing, maar eerst structuur. We kregen een gemeenschappelijke taal: de acht pijlers van de DMA. Plots konden we zien waar projecten thuishoorden, wie de trekker voor een project moest zijn en hoe alles samenhing. Daarvoor was het: iedereen heeft een idee en dan doen we een beetje van dat, een beetje van dit”

Prioriteiten werden scherp, Gräper kon snel stappen maken en werkt toe naar:

  • minder systemen
  • veel minder papier
  • hardware op orde voor iedereen
  • glasvezel overal en stabiliteit van de infrastructuur
  • beter inzicht in productie- en serviceprocessen
  • een open blik richting nieuwe technologieën zoals AI en tiny machine learning

Een netwerk dat deuren opent

De samenwerking met Digital Hub Noordwest bracht Gräper in contact met een netwerk waarvan ze het bestaan nog niet eens kenden.

“Wij hadden geen idee dat er in Flevoland alleen al vier of vijf ondersteunende organisaties actief zijn. Door de Digital Hub Noordwest kwamen we in contact met bedrijven die al verder waren. Dat hielp enorm: kijken hoe anderen het doen, wat werkt, wat niet.”

Het netwerk leverde veel meer op dan alleen inspiratie. Er is bijvoorbeeld ook een sterke kandidaat voor opvolging in het management gevonden via het netwerk van de Digital Hub Noordwest. De samenwerkingen met studenten eerst bij de Hogeschool Utrecht en later de Hogeschool van Amsterdam rond digital service cards en Tiny Machine Learning zorgt voor concrete toepassingen binnen de organisatie.

Groei in volwassenheid en organisatiecultuur

De tweede DMA-scan (T1) uitgevoerd 3 maanden later liet al een duidelijke sprong zien, Richard blijft bescheiden: “De score is misschien iets te positief, maar de richting klopt. Het plan brengt focus en voorkomt dat iedereen losse projecten begint. De structuur zorgt voor eenheid.”

Wat vooral veranderde, is het gedrag. Medewerkers leveren nu uit zichzelf ideeën aan, teams nemen deel aan netwerksessies en brengen nieuwe inzichten mee terug, technici die eerst vooral naar binnen keken, halen nu kennis van buiten en de digitalisering is niet alleen een ICT-project meer maar een organisatie breed proces. “We krijgen soms bijna te veel ideeën. Maar dat is positief. Het laat zien dat mensen betrokken zijn.”

De komende periode ligt de focus op twee concrete trajecten. Het volledig papierloos maken van de productie, zodat alle medewerkers in het ERP systeem gaan werken. Daarnaast gaat er een innovatietraject lopen in samenwerking met de Hogeschool van Amsterdam rondom Tiny Machine Learning. In de groep is onlangs ook een bedrijf overgenomen dat besturingssystemen ontwikkelt. De aansluiting daarvan op AI-gestuurde diensten wordt daarmee strategisch nog relevanter.

Richard ziet nu al dat de digitaliseringsslag direct effect heeft op de bedrijfsvoering:

“We hebben iemand die met pensioen gaat. Door de datastromen te verbeteren hoeven we die functie niet te vervangen. Niet omdat we schrappen, maar omdat het proces efficiënter is geworden. Dat gesprek konden we een jaar geleden niet eens voeren.”

Wat zijn de allerbelangrijkste effecten die het traject uiteindelijk heeft gebracht?

Er is nu duidelijkheid: iedereen ziet waar het bedrijf staat, welke projecten lopen én hoe alles samenhangt. Medewerkers zijn actief met oplossingen en ideeën aandragen, nieuwsgierig en zoeken nu ook buiten het bedrijf naar die ideeën en oplossingen.

Afsluitend: “Dit begon ooit alleen als ICT-traject. Nu is het een traject waar de hele organisatie bij betrokken is. En dat verandert alles.”

Blijf op de hoogte